Alpaca

De laatste jaren komen er steeds meer alpaca’s in Nederland. Ze vallen onder de landbouwhuisdieren, maar worden niet gehouden voor vlees of melk. Het is dus wat een aparte groep binnen de landbouwhuisdieren. Hieronder vindt u wat algemene informatie over deze dieren.

Dierenartsen Dokkum dag 2-295-alpaca
Dierenartsen Dokkum dag 2-317-alpaca

Huisvesting van de alpaca

Alpaca’s zijn kuddedieren, die soortgenoten nodig hebben. Het advies is daarom om minimaal 2, maar liever 3 alpaca’s te hebben in verband met de rangorde. Ze kunnen het hele jaar buiten zijn, maar zijn gebaat bij een schuilhut. Om drie alpaca’s te weiden heb je minimaal 1500m2 grasland nodig. 1 keer per jaar moeten ze geschoren worden (april-juni), om o.a. hittestress te voorkomen.

Dierenartsen Dokkum dag 2-317-alpaca

De jonge alpaca

De draagtijd van een merrie is gemiddeld 340-345 dagen en >70% van de partussen vindt ’s ochtends plaats. Een veulen heet een cria. Het chippen van de dieren is niet verplicht maar wel aan te raden, registratie kan via de praktijk maar als eigenaar kunt u het dier ook zelf registreren bij het stamboek waar het dier ingeschreven staat. De chip wordt geplaatst achter het oor aan de linkerzijde, in het huidzakje bij de oorbasis.

Vaccinaties

Alpaca’s komen van oorsprong uit het Andesgebergte en zijn daardoor in landen zoals Nederland (op zeeniveau) gevoelig voor een vitamine D tekort. Zeker jonge dieren geboren in de herfst en donkere dieren kunnen een gebrek ontwikkelen. Het advies is om in september, november, januari en maart alle dieren een injectie te geven met vitamine AD3E. Dit kunt u zelf doen.

Alpaca’s zijn erg gevoelig voor ziektes veroorzaakt door de clostridiumbacterie. Hier kunt u tegen vaccineren, op z’n vroegst vanaf 12 weken leeftijd. De merrie kan het beste 14-60 dagen voor de geboorte van het veulen worden geënt om te zorgen voor voldoende afweerstoffen in de biest. Vaccineren wordt uitsluitend gedaan door de dierenarts.

Laat de mest regelmatig controleren om problemen te voorkomen. Ontwormen wordt alleen gedaan bij een vermoeden van of een bewezen infectie. Alpaca’s zijn erg gevoelig voor rode lebmaagwormen, maar ook o.a. coccidiose en leverbot kunnen problemen geven. Naast mestonderzoek is het belangrijk om mest op te ruimen uit de weide om besmetting te voorkomen.

Ook voor alpaca’s kunt u een mestabonnement afsluiten.

Voeding

De voeding voor een alpaca bestaat voornamelijk uit gras en goede kwaliteit hooi. Een tweede snee hooi van grasland is hiervoor bijvoorbeeld geschikt. Daarnaast zijn er speciale alpacabrokken op de markt die de dieren voorzien van de aanbevolen mineralen- en vitaminebehoeftes. In de winter heeft een alpaca meer energie nodig, er bestaan dus ook speciale winter- en zomerbrokken.

Onbeperkt fris drinkwater is altijd belangrijk, maar waterbakken met een lepel of nippel zijn hiervoor niet geschikt. Gebruik bijvoorbeeld een vlotterbak, en hang deze ongeveer 40cm van de grond. Zo kunnen zowel de veulens als volwassen dieren drinken, maar zullen ze niet met hun poten erin gaan staan.